Mozart – Symfonie nr. 31 “Parijse”
Schubert, arr. Webern – Liederen voor sopraan en orkest
Poulenc – Sinfonietta
Francis Poulenc was een echte Parijzenaar. Op 7 januari 1899 (125 jaar geleden!!) zag hij het levenslicht aan de Place des Saussaises 2, op een steenworp afstand van de Place de la Madeleine, in het hartje van Parijs. Op zijn achtste jaar kreeg hij zijn eerste pianolessen van Cécile Boutet-de-Monval, een nicht van César Franck. Rond die tijd ontdekte hij ook de muziek van Debussy. Vijftig jaar later schrijft hij over deze confrontatie met de muziek van Debussy: ‘Zonder enige twijfel kan ik zeggen dat het Debussy was die me wakker heeft geschud voor de muziek’. In de winter van 1910-11 werd Parijs geteisterd door overstromingen. Het gezin Poulenc verhuisde tijdelijk naar een huis in het bos van Fontainebleau. In een muziek winkel in de buurt kocht de elfjarige Francis de bladmuziek van Schubert Winterreise. Thuis bij de piano ging hij door de verschillende stukken van de liederencyclus. Over die ervaring schreef Poulenc zelf dat zij beslissend is geweest voor zijn hele verdere leven: ‘Het ene na het andere wonder trok aan mijn voorbij. Ik was een echt stadskind, maar door een bizarre speling van het lot ontdekte ik drie belangrijke dingen tegelijkertijd: de schoonheid van de natuur, de winter en de sublieme muzikale verklanking ervan. Er gebeurde iets zeer diepgaands met mij.’
Later leerde Poulenc via Satie een groot aantal andere componisten van zijn generatie kennen, die op gezamenlijke bijeenkomsten in een klein atelier hun eigen werk uitvoerden. Ze werden door Satie ‘Les Nouveaux Jeunes’ genoemd. Een van de bindende elementen was hun gemeenschappelijke afkeer van Wagner en eigenlijk de hele Duitse romantiek, maar ook Franse componisten kregen er van langs, zoals Debussy met zijn ‘impressionistische mist’. Door deze invloed zou Poulenc zich ook gaan afzetten tegen Debussy, een houding die hem de ruimte gaf zijn eigen stijl te ontwikkelen. In werkelijkheid bleek Debussy belangrijk voor hem. ‘Ondanks het feit dat ik in 1917, in de tijd dat ik Satie leerde kennen, uit zelfverdediging heb meegedaan aan de aanvallen op Debussy, is Debussy na Mozart altijd mijn meest favoriete componist gebleven’.
De muziek van ‘Les Nouveaux Jeunes’ en later ‘les Six’, moest veel meer toegankelijk en volks worden, gebaseerd op theater, het circus en op jazz. Heldere melodieën waren belangrijker dan contrapunt. Hiermee zetten ze zich af tegen de romantiek van Wagner. Het verhaal gaat dat als Poulenc muziek van Wagner hoorde, hij zo snel mogelijk een plaat opzette met muziek van Mozart om zijn oren ‘te reinigen’. (Uit: Francis Poulenc, componist, monnik en kwajongen – Erik Fokke)